Nadat Posterenk op 13 april 1945 is bevrijd, vechten de Canadezen zich een weg door de velden richting het dorp Wilp – Achterhoek. Het doel is om het gebied ten westen van het Groote Weteringkanaal in handen te hebben. Het nog bezette Apeldoorn ligt aan de overkant van het kanaal, maar eerst moet Wilp – Achterhoek worden gezuiverd van de Duitsers. Hiervoor wordt een hoge prijs betaald.
In de middag krijgen de Canadezen orders om door te trekken via de Kerkallee (nu: Molenallee) richting het dorp Wilp-Achterhoek, maar ze komen vrijwel direct onder vijandelijk vuur te liggen. Dankzij hulp van een andere compagnie en ondersteuning van tanks lukt het de Canadezen om zich in de richting van het Groote Weteringkanaal te verplaatsen.
Rond twintig voor vier in de middag worden de Canadezen weer tegengehouden door mortier-en machinegeweervuur aan de Tienmorgen bij Wilp-Achterhoek. Met behulp van tanks worden de Duitse posities uitgeschakeld. In het centrum van Wilp-Achterhoek aan de Zwarte Kolkstraat stagneren de Canadese troepen weerdoor vijandelijk vuur. Rond half zes in de avond gaan de Canadezen weer verder terwijl ze vanaf de linkerflank onder vuur worden genomen door een Duits kanon.
Het hoofdkwartier wordt verplaatst naar de driesprong van de Hildestraat en Zwarte Kolkstraat. Een Canadees peloton, ondersteund door drie tanks, komt op de Zwarte Kolkstraat in Wilp-Achterhoek in een moordend mortier-en machinegeweervuur terecht dat vanuit een aantal huizen en een school honderd meter verderop wordt afgevuurd. Ook worden ze onder vuur genomen door een kanon dat vanaf een afstand van vijfhonderd meter kan schieten. De Canadese tanks kunnen vanaf deze korte afstand hiertegen weinig uitrichten.
Soldaat Joseph Henry Wilfred Senechall neemt het bevel over van het peloton omdat de betreffende korporaal door een wond is uitgeschakeld. Waarnemend korporaal Senechall zet zijn eenheid snel in vuurposities en richt het vuur op de gebouwen van waaruit wordt gevuurd. Het grootste deel van het Duitse verzet lijkt uit het schoolgebouw in Wilp-Achterhoek te komen. Terwijl er op dit gebouw wordt geschoten met tanks en handvuurwapens, kruipt Senechall op het open terrein naar het gebouw. Hij springt op, rent naar voren en gaat de kelder van het gebouw binnen. Vrijwel onmiddellijk verschijnt hij weer in het zicht, maar nu met twaalf Duitse krijgsgevangenen bij zich. Deze Duitsers hadden driemachinegeweren en zes antitankwapens (Panzerfausts) bemanden daarmee de Canadezen tegengehouden. De kern van het vijandelijke verzet is nu in de kiem gesmoord waardoor de Canadezen nu in staat zijn om snel door te stoten. Voor deze dappere actie krijgt Senechall direct een Military Medal.
Rond half acht ‘s avonds is ook Wilp-Achterhoek bevrijd van de Duitsers. De Canadezen zetten hun strijd voort richting de Leemsteeg, waar ze wederom met Duitse weerstand krijgen te maken. Nadat de Duitse posities zijn uitgeschakeld bereikt een compagnie rond tien over drie in de nacht van 13 op 14 april de driesprong van de Zwaluwenweg en de Leemsteeg. Kort hierna bereikt een patrouille de Groote Wetering, waarbij ze ook stevige Duitse weerstand tegenkomen. Pas rond half zeven ‘s ochtends op14 april is het beoogde doel, het kanaal, in handen van de Canadezen. Er wordt Duits militair materiaal in beslag genomen en vijftig Duitsers gevangen genomen. Rondzeven uur hebben de Canadezen de posities ten westen van Wilp-Achterhoek stevig in handen. Na de felle, maar korte gevechten vallen onder de Canadezen meerdere doden en gewonden.
Address and contact