Na de oversteek van de IJssel op 12 april 1945 krijgen Canadese compagnies de orders om het buurtschap Steenenkamer aan te vallen. Er wordt opgerukt naar de tweelingdorpen De Hoven en Steenenkamer, door de IJssel gescheiden van Deventer. De Duitsers trekken zich nu terug richting het noorden om te ontsnappen aan de omsingeling rondom de IJssel, maar bieden
felle weerstand.
De Canadese manschappen zijn nog maar driehonderd meter in de richting van een aantal huizen aan de Vermeersweg getrokken. Op dat moment worden ze aangevallen door twee Duitse kanonnen en beschoten door zwaar machinegeweer. De compagnie kan geen kant op.
Commandant-luitenant Reginald Wyllie Johnston van een anti-tankpeloton wordt naar voren gestuurd om de compagnie in nood te helpen. Ondertussen vliegt een van de twee zogeheten ‘carriers’, beladen met munitie, in brand door het Duitse kanonvuur. Een carrier (ook wel ‘brencarrier’ genoemd) is een klein, licht gepantserd voertuig op rupsbanden dat door de Canadezen tijdens gevechten wordt ingezet voor de aanvoer van munitie. Even later ontploft een brandstoftank vlak bij de carriers. Vrijwel onmiddellijk vliegt de tweede carrier in brand door beschietingen of door de ontploffende munitie in de eerste carrier. Johnston, die op dat moment ongeveer honderd meter verderop is, ziet de tweede carrier in brand vliegen. Hij beseft dat ook dit voertuig is volgeladen met munitie en rent naar de carrier toe, start de motor en rijdt het voertuig verder weg van de eerste carrier en verlaat het voertuig pas als hij het vuur weet te doven.
Rond half één in de middag op 12 april kan de compagnie nog steeds niet verder trekken door het zware en aanhoudende Duitse vuur. De troepen hebben dringend meer munitie nodig. Johnston, door wiens kalmte en durf de munitie in een van de carriers is gered, neemt opnieuw het initiatief en organiseert een groep van zes man om munitie te brengen. Hij leidt de groep persoonlijk naar het hoofdkwartier van de compagnie dat vijfhonderd meter verderop ligt. De groep moet hiervoor een open terrein trotseren, vrijwel zonder dekking. Na te zijn geobserveerd door de Duitsers, wordt het gezelschap onderworpen aan hevig Duits machinegeweervuur vanuit huizen 6aan de straat Het Wildezand. Dit maakt het voor de gehele groep noodzakelijk om tweehonderd meter lang zich kruipend voort te bewegen en de munitie achter zich aan te slepen. Johnston en zijn mannen leveren de munitie heelhuids over aan de compagnie zodat ze weer verder kunnen.
Tijdens beide acties toont Johnston een opmerkelijke onverschrokkenheid. Door zijn moed en initiatief om de munitievoorraad van de compagnie te redden-en de durf om risico’s te nemen – kan het momentum van de opmars van het bataljon worden voortgezet. Zo wordt de versterking van de westoever van de IJssel verzekerd. Johnston krijgt in juli 1945 voor zijn daden het Military Cross.
Uiteindelijk lukt het de compagnie om het buurtschap Steenenkamer nog dezelfde dag te bevrijden. Aan het eind van de middag is Steenenkamer gezuiverd van de Duitsers. Hierna trekt de compagnie verder richting de spoorwegovergang aan de Worp bij de spoorbrug over de IJssel.
Adresse und Kontakt
7419 AA Deventer